De Lijn start procedure voor de verdere vergroening van het openbaar vervoer
Vandaag lanceert De Lijn het selectiedossier voor de levering van 970 elektrische bussen en de bijhorende installaties. Deze elektrische bussen zijn de echte eerste grote stap om de stadskernen tegen 2025 emissievrij te bedienen. Deze nieuwe opdracht is een verdere en verregaande investering in het vergroenen van ons openbaar vervoer. Het gaat om een investering van meer dan 1 miljard euro. De eerste e-bussen van De Lijn kunnen gefaseerd in beeld komen tussen 2023 en 2025.
Investering in groener en efficiënter openbaar vervoer
De Lijn publiceert vandaag een overheidsopdracht rond de invoering van e-bussystemen als eerste grote stap in het emissievrij bedienen van de stadskernen. Concreet gaat het om de levering en indienststelling van e-bussen, de bijhorende laadinfrastructuur en de aansluiting op de energievoorzieningen van de netbeheerders in verschillende stelplaatsen van De Lijn en in de omgeving van de buslijnen en een monitoring- en beheersoftware.
Lydia Peeters, minister Mobiliteit en Openbare Werken: ‘
In het kader van de klimaatdoelstellingen is het belangrijk dat we de kaart trekken van duurzame verplaatsingen. Vandaar dat we ook volop inzetten op de vergroening van de vloot bij De Lijn. Tegen 2025 willen we onze stedelijke kernen emissievrij hebben. Tegen 2035 zullen in heel Vlaanderen emissievrije bussen rijden. Zoals vermeld in het Vlaams Regeerakkoord willen we investeren in een openbaar vervoer dat groener en efficiënter is. Daarom zorgt de Vlaamse overheid ervoor dat het investeringsprogramma rond de vergroening van het rollend materieel van De Lijn integraal wordt uitgevoerd. Dit is een belangrijke stap in de goede richting.’
Verschillende types bussen
Op dit moment bestaat het voertuigenpark van De Lijn uit verschillende types bussen. Binnen de opdracht van de e-bussen worden gelijkaardige types voorzien: standaardbussen, gelede bussen, citybussen en kleine of microbussen. Deze verschillende types zijn nodig om in te spelen op de specifieke noden en mogelijkheden van de verschillende centrumsteden en de Vlaamse rand rond Brussel. Een e-bus maakt quasi geen lawaai. Daarom zullen alle voertuigen voor de veiligheid voorzien worden van een bel, zoals bij een tram.
Roger Kesteloot, directeur-generaal van De Lijn, licht toe:
‘We laten in de nieuwe aankoopprocedures enkel elektrisch aangedreven bussen toe. Zo willen we dat De Lijn verder kan groeien tot een topspeler en zelfs voorbeeld inzake modern, hoogwaardig en betrouwbaar openbaar vervoer. Uiteraard kan de realisatie van e-bussystemen in Vlaanderen pas slagen als alle betrokken partners samen hun schouders zetten onder de vergroening van het openbaar vervoer. Vandaag is alvast een belangrijke eerste stap gezet.’
Laadinfrastructuur in de stelplaatsen van de Lijn
De stelplaatsen van De Lijn zullen het uitgangspunt zijn om van daaruit het verdere netwerk met e-bussen uit te bouwen. Daarnaast streeft De Lijn er ook naar om op andere strategisch gekozen locaties laadinfrastructuur te installeren. Vanaf 2020 zal De Lijn samen met de steden en gemeentes zoeken naar locaties voor de laadinfrastructuur in en rond de centrumsteden. Voor dit project zal er ook nauw samengewerkt worden met de steden en gemeentes, de exploitanten, de distributienetbeheerders en andere partners.
Investering van meer dan een miljard euro
Om dit project te doen slagen, is een versnelde vergroening van het wagenpark van De Lijn nodig: hiervoor is een investering van 608 miljoen euro nodig. Daarnaast is er bijkomend nog 540 miljoen euro nodig voor de investering in laadinfrastructuur, aanpassingen van de stelplaatsen, de onderhoudscentra en de technische centra van De Lijn en de aanpassing van de halte-infrastructuur. Deze bijkomende financieringsbehoefte overstijgt de huidige voorziene financieringsmiddelen. De Lijn vraagt daarom aan de Vlaamse regering om de bijkomende financieringsbehoefte voor de vergroening van het openbaar vervoer in Vlaanderen te voorzien en te bevestigen.
De gepubliceerde overheidsopdracht zal uitmonden in een onderhandelingsronde waarbij de geselecteerde kandidaten een offerte indienen. Na de afgeronde procedure moeten de leveranciers de bussen uiteraard nog produceren. Daarnaast moeten ook de stelplaatsen nog aangepast worden en moet de laadinfrastructuur nog geplaatst worden.
De Lijn voorziet een gefaseerde uitrol van de e-bussystemen vanaf 2023 tot en met 2025: samen met de steden bekijken we wanneer we waar van start kunnen gaan.
Opstartprojecten
Momenteel zijn er een aantal opstartprojecten in voorbereiding (Leuven, Antwerpen, Gent) waarbij er e-bussen in exploitatie genomen worden vanaf 2020. Dit project werd in de markt gezet om het systeem en proces van elektrische voertuigen met opportunity charging te testen. De leerelementen zullen worden meegenomen in de grote uitrol.