Op zaterdag 6 januari start de grootste fase van het nieuwe openbaar vervoernet van De Lijn

Op 6 januari 2024 geeft De Lijn het startshot voor de belangrijkste stap in de realisatie van Hoppin, de nieuwe mobiliteitsvisie van de Vlaamse overheid. Ruim 90 % van het nieuwe net is dan ingevoerd. In deze fase start bovendien het De Lijn Flex (de opvolger van de belbus), vraagafhankelijk vervoer dat je reserveert via de Hoppincentrale (app, website en telefooncentrale).

De nieuwe vervoersplannen werden opgesteld en goedgekeurd door de lokale besturen voor hun regio binnen de 15 vervoerregioraden. In de afgelopen maanden werden de maatregelen van fase 2 verder besproken met alle lokale besturen en binnen de vervoerregioraden. De Lijn zal samen met de verschillende vervoerregio’s de transitie monitoren, evalueren en eventueel bijsturen waar nodig.

Sinds midden november 2023 kan de reiziger via de website en app van De Lijn alle concrete informatie terugvinden en bekijken of er wijzigingen zijn aan zijn vertrouwde reisroute. Ook kon de reiziger zijn Flexrit voor een rit al reserveren sinds begin december 2023 via de Hoppincentrale. Reserveren is immers mogelijk vanaf 30 dagen tot 30 minuten voor vertrek via de app of telefonisch.

Wat verandert er op 6 januari 2024?

De Lijn brengt de principes van Hoppin in praktijk. Met Hoppin wordt het netwerk vraagvolgend: het wordt sterker op verbindingen waar er grote vraag is naar openbaar vervoer. Hoppin streeft zo naar een efficiënter gebruik van de bestaande middelen door zich te concentreren op de routes waar de vraag het grootst is. Dit betekent dat het nieuwe netwerk op verschillende locaties de routes 'optimaliseert': de bussen volgen niet langer een omweg door wijken waar slechts een beperkt aantal reizigers instappen, maar blijven op de hoofdwegen, waardoor ze sneller en effectiever meer reizigers kunnen bedienen. Daarnaast vult het nieuwe net gaten in het netwerk, door nieuwe of verbeterde verbindingen te creëren waar momenteel geen of te weinig openbaar vervoer beschikbaar is. Aanpassingen aan het netwerk hebben ook impact op de haltes.

Het Flexvervoer start in heel Vlaanderen. Op specifieke momenten en locaties waar het inzetten van een reguliere bus niet efficiënt is, start vanaf 6 januari het flexvervoer. De huidige belbussen worden vervangen door het nieuwe Flexvervoer. Maar het Flexvervoer is uitgebreider dan het huidige belbusaanbod, niet alleen omdat het een groter gebied bestrijkt en meer gemeentes bedient, maar ook een ruimere beschikbaarheid biedt. De Flexbussen krijgen doorgaans bredere tijdsvensters waarin de reiziger kan rekenen op het vervoer. De reiziger kan zijn Flexrit voor een rit reserveren via de Hoppincentrale (app, website of telefoon). Reserveren is mogelijk vanaf 30 dagen tot 30 minuten voor vertrek via de app of telefonisch. Alle tarieven en vervoerbewijzen van De Lijn zijn ook geldig op de Flexbussen.

Dit nieuwe aanbod werd uitgetekend en beslist door de vervoerregio’s. Het wordt gefinancierd met het budget voor vervoer op maat dat elke vervoerregio toegewezen kreeg van de Vlaamse overheid. Voor de flexvervoer werd het huidige, jaarlijkse budget van de belbussen (30 miljoen euro) verdubbeld. Dit budget kan de vervoerregio inzetten voor flexbussen via De Lijn, deelsystemen, werknemersvervoer en speciaal vervoer voor mensen met een beperking. De vervoerregio’s bereiden de uitrol van de deelsystemen volop voor.

Voor mensen met een mobiliteitsbeperking blijven de Diensten Aangepast Vervoer (DAV’s) en Mobiliteitscentrale Aangepast Vervoer (MAV’s) momenteel onveranderd, de doelgroep kan zo blijven rekenen op haar vertrouwde dienstverlening,

Hoppin is een gelaagd netwerk. De trein, tram en bus blijven vaste waarden en worden nu nog beter op elkaar afgestemd. Flexvervoer en deelsystemen zijn een goede oplossing voor het voor- of natraject van de verplaatsing met het openbaar vervoer. Hoppin heeft bovendien de ambitie om belangrijke attractiepolen zoals ziekenhuizen beter bereikbaar te maken.

Tot slot streeft Hoppin naar een overzichtelijker netwerk waarbij de bediening van een specifieke lijn eenvoudig te begrijpen is aan de hand van het lijnnummer. Daarom maakt De Lijn van deze gelegenheid gebruik om nieuwe lijnnummers toe te wijzen. Een stadslijn met een hoge frequentie zal een enkel cijfer als lijnnummer krijgen. Streeklijnen, waarop je de hele dag kunt rekenen, krijgen twee cijfers. Functionele lijnen, zoals schoollijnen of lijnen die alleen tijdens de spitsuren rijden, krijgen drie cijfers. Tramlijnen worden voorafgegaan door het prefix 'T', of 'M' als ze ook ondergronds rijden. Snellijnen krijgen het prefix 'X' (van expresslijn) en nachtlijnen herken je aan het prefix 'N'. Deze hernummering wordt geleidelijk ingevoerd in overeenstemming met het faseringsschema.

Communicatie voor de reiziger

Reizigers kunnen sinds midden november controleren of er wijzigingen zijn in hun reisroute en of ze nieuwe verplaatsingsmogelijkheden krijgen via de routeplanner. Als je je vertrek- en eindbestemming ingeeft, berekent de routeplanner voor jou de beste reisoptie. Op de gemeentepagina’s op de website van De Lijn (www.delijn.be/gemeenten) vinden reizigers een overzicht per gemeente van alle aanbodsverbeteringen.

Bovendien kregen de betrokken gemeenten alle informatie zodat zij op hun beurt hun inwoners kunnen informeren via hun eigen communicatiekanalen, zoals de gemeentelijke website of het gemeentelijk infoblad. Daarnaast werden affiches en nieuwe dienstregelingstabellen geplaatst bij de betrokken haltes om de reizigers op de hoogte te brengen van de veranderingen. De Lijn en de gemeenten verdelen ook regiofolders met een overzicht van de wijzigingen per regio.

 

___________________________________________________________

Achtergrondinformatie

Wat is Hoppin?

Hoppin is de ambitieuze mobiliteitsvisie van Vlaanderen die gericht is op het creëren van een vraaggericht, efficiënt en duurzaam openbaar vervoerssysteem. Het doel is om het aanbod van openbaar vervoer beter af te stemmen op de behoeften van reizigers en op de werkelijke vervoersstromen. Hierbij ligt de nadruk op het versterken van het openbaar vervoer op drukke routes en het creëren van herkenbare vervoersknooppunten die de overstap tussen verschillende vervoersmiddelen vergemakkelijken. Via Hoppin kunnen reizigers verschillende vormen van mobiliteit combineren om hun volledige reis op een efficiënte manier af te leggen. Bijvoorbeeld, een trein-, tram- of busrit kan worden gecombineerd met een voor- of natraject met (deel)fiets, (deel)auto, taxi of Flexbus.

Wat is een vervoerregioraad?

Elke vervoerregio heeft een vervoerregioraad die verantwoordelijk is voor het beheer, de sturing en de evaluatie van Hoppin binnen die specifieke regio. De vervoerregioraad fungeert als het centrale orgaan voor mobiliteitsbeleid in de vervoerregio en heeft niet alleen betrekking op het reguliere openbaar vervoer met bussen en trams, maar ook op de voor- en natrajecten die te maken hebben met (deel)fietsen, (deel)auto's en alle andere vervoerswijzen.

In de vervoerregioraad komen vertegenwoordigers van de belangrijkste belanghebbenden op alle bestuursniveaus bij elkaar. Alle steden en gemeenten in de regio hebben directe vertegenwoordiging, meestal door hun burgemeester of schepen van mobiliteit. Daarnaast zijn ook het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, De Lijn en het Agentschap Wegen en Verkeer betrokken bij de vervoerregioraad. De leden van de vervoerregioraad hebben het nieuwe vervoersplan voor hun regio opgesteld en goedgekeurd. De invoering van Hoppin (fase 2) is een uitvoering van dit nieuwe vervoersplan.

 

 

Over De Lijn

Over De Lijn

De Lijn is het Vlaamse overheidsbedrijf dat zorgt voor openbaar vervoer met bus en tram in Vlaanderen. Ongeveer 3,5 miljoen mensen maken jaarlijks één of meerdere keren gebruik van de diensten van De Lijn.

Voor haar werking krijgt de vervoermaatschappij een dotatie van het Vlaams Gewest, de belangrijkste aandeelhouder. De verkoop van vervoerbewijzen is de tweede inkomstenbron.

Het net van De Lijn telt ongeveer 1 000 lijnen en 16 000 haltes. Alles samen rijden de bussen en trams per jaar meer dan 200 miljoen kilometer. De eigen vloot telt 2 250 bussen en 400 trams. De privéfirma's die rijden in opdracht van De Lijn hebben zelf ook bussen. Zij nemen ongeveer de helft van de buskilometers voor hun rekening.

Met bijna 8 000 werknemers is De Lijn een van de grote werkgevers van het land. Bij de privé-exploitanten werken nog eens meer dan 2 000 mensen.

Als hoofdaandeelhouder van deelfietsen Blue-bike promoot en ondersteunt De Lijn combimobiliteit. Hierbij kunnen reizigers voor het laatste stuk van hun verplaatsing een bus- of tramrit combineren met een deelfiets.