Pionierswerk De Lijn basis voor methodieken grote infrastructuurprojecten via PPS
Reactie De Lijn op rapport Rekenhof
De Lijn heeft de dossiers voor haar grote infrastructuur-projecten altijd onderbouwd met de op dat moment beschikbare instrumenten en volgens de bestaande decreten en besluiten van de Vlaamse regering. Daarmee reageert de vervoermaatschappij op het rapport van het Rekenhof. De Lijn benadrukt dat de dossiers die het Rekenhof onder de loep heeft genomen dateren uit een tijd dat er nog geen standaardmethoden waren voor maatschappelijke kosten-batananalyses. De afgelopen tien jaar heeft De Lijn een pioniersrol gespeeld op het vlak van PPS-projecten (publiek-private samenwerking). Met de oprichting en uitbouw van haar dochteronderneming Lijninvest heeft De Lijn al heel wat juridische en financiële kennis opgebouwd op het vlak risico- en projectmanagement.
‘Al 75-80 % aanbevelingen Rekenhof toegepast’
Roger Kesteloot, directeur-generaal De Lijn:
‘We passen al 75 tot 80 procent van de aanbevelingen die het Rekenhof nu doet in zijn rapport deels of volledig toe. Het spreekt voor zich dat we ook de overige aanbevelingen ter harte zullen nemen. Grote infrastructuur-projecten zijn altijd een permanent leerproces, waarbij we samen met de andere partijen werken aan continue verbetering.’
Onderbouwing met op dat moment bestaande methodieken
De Lijn vertrekt voor al haar tramprojecten van de regels die het besluit Netmanagement oplegt. Dat legt vormen van lijnvoering op, die in bepaalde gevallen alleen met hoogwaardig openbaar vervoer (zoals tramlijnen) kunnen uitgevoerd worden.
Daarnaast is de openbaarvervoermaatschappij de afgelopen jaren aan de slag gegaan met de instrumenten die op dat moment voorhanden waren én heeft ze die methodieken verder verfijnd op maat van het openbaar vervoer. Zo werden de methodieken voor de meerwaardescan en maatschappelijke kosten-batananalyse afgetoetst met projecten van De Lijn.
Hoofdlijnen opdrachten nooit gewijzigd
Dat een opdracht wijzigt tijdens de gunningsprocedure is normaal: De Lijn werkt altijd met een procedure met onderhandeling, die dat toelaat. De regels van het gelijkheidsprincipe blijven wel gelden: het voorwerp van de opdracht mag niet wijzigen, de hoofdlijnen blijven dezelfde. De invulling van de opdracht kan daarom wel veranderen.
Prijzen gestegen door de markt
Dat de kostprijzen van een aantal projecten die het Rekenhof onder de loep nam vandaag hoger liggen dan toen bepaald, heeft ook te maken met de normale prijsstijgingen op de markt. Alle prijzen voor grondstoffen en diensten zijn de laatste 10 jaren met ongeveer 20 procent gestegen (inflatie en index). De prijsramingen van in 2005 (of 2007) zijn na de financiële crisis met een sterk veranderde situatie op de financiële markten niet meer dezelfde.
Tot slot zet De Lijn meer en meer in op inspraak van belanghebbenden bij haar grote infrastructuurwerken. Zowel voor Spartacus in Limburg, als voor de tramprojecten in Vlaams-Brabant, Antwerpen en Gent heeft De Lijn een ruim traject met klankbordgroepen, overleggen, themasessies en infotentoonstellingen.